Een jaar geleden verscheen de Nocilla-trilogie van de Spaanse schrijver Agustín Fernández Mallo in de vertaling van Adri Boon. Het kloeke drieluik, door Koppernik uitgegeven in een prachtige cassette, werd hier nauwelijks opgemerkt en dreigde een vroegtijdige dood te sterven. Maar het boek krijgt nu een tweede kans dankzij de toekenning van de Europese Literatuurprijs 2022. De prijs bekroont het beste hedendaagse Europese fictiewerk dat vorig jaar in Nederlandse vertaling is verschenen en eert zowel de schrijver van het origineel als de vertaler. Dit weekend krijgen beiden de prijs uitgereikt op het festival Crossing Border in Den Haag.
Het heeft iets ironisch dat Fernández Mallo juist déze prijs krijgt, want hij gelooft niet zo in territoriaal afgebakende literaturen, zegt hij in een dubbelgesprek met schrijver en vertaler. 'Vandaag de dag bestaat er niet zoiets als een Spaanse, Duitse of Nederlandse literatuur, want we worden beïnvloed door inputs uit een heleboel verschillende plekken. Ik ben bijvoorbeeld erfgenaam van de Spaanse literatuur, maar ook van de Midden-Europese en de Argentijnse literatuur. Maar ik wil het Europese karakter van mijn werk niet per se ontkennen als onder Europees wordt verstaan 'globaal', 'inclusief', 'humanistisch'.'
Fernández Mallo had alleen nog maar in kleine kring een reputatie als dichter toen hij in 2006 met Nocilla Dream debuteerde als romanschrijver. Hij had het boek in drie maanden tijd geschreven en wist aanvankelijk niet eens dat het een roman zou worden. Hij had geen plan maar schreef vanuit de open, intuïtieve geest van zijn poëzie (die hij zelf postpoëzie noemt) en zocht daarbij naar nieuwe metaforen, nieuwe verbanden. Dat doet hij door verhalen te vertellen zonder ze af te maken, door zich citaten uit de wetenschap, filosofie, kunst, film, literatuur en reclame toe te eigenen en aan elkaar te linken en ook door zelf theorieën en uitspraken te verzinnen die net echt lijken. 'Maar', zo nuanceert de schrijver, 'het boek is geen collage, zoals nogal eens wordt beweerd, het is een netwerk.'
De lezer moet dus flink aan de bak zonder dat hij kan verwachten dat zijn inspanningen tot een afgeronde visie of interpretatie leiden. Maar het boek is wel geschreven in een transparante, strakke taal. Nocilla Dream doet wat dit betreft denken aan 2666, Roberto Bolaño's kolossale en spraakmakende 'roman' uit 2004 die je nooit het gevoel geeft dat je er helemaal greep op krijgt (en dat is ook niet de bedoeling), maar waarin je dankzij de fraaie, trefzekere taal toch grond onder de voeten blijft houden.
Nocilla Dream maakte meteen veel los in Spanje. Er werd hier en daar wel wat gemopperd - Fernández Mallo zou oude wijn (avant-garde, postmodernisme) in nieuwe zakken hebben gegoten - maar er was vooral veel lof voor de gedurfde netwerkstructuur van de roman, die juist helemaal van onze digitale tijd is. Met Nocilla Dream kwam bovendien de geest uit de fles: veel Spaanse schrijvers die op de bres stonden voor het experiment in de literatuur herkenden zich in deze roman. Ze zouden al snel het etiket La Generación Nocilla (De Nocilla-generatie) opgeplakt krijgen. Inmiddels behoort het boek in Spanje tot de contemporaine canon, getuige ook de 32ste plaats op de onlangs door El País samengestelde lijst van boeken uit Spanje die er in de 21ste eeuw toe doen.
Na Nocilla Dream volgden in 2008 Nocilla Experience en in 2009 Nocilla Lab. Met elkaar vormen ze de Nocilla-trilogie, die de laatste jaren ook buiten Spanje furore maakt. 'Het werk is inmiddels in negen talen vertaald', vertelt de schrijver, 'waaronder het Engels, Frans en Italiaans. Vreemd genoeg is er nog geen Duitse versie.'
In de Verenigde Staten werd het werk vergeleken met de 'hyperlink-cinema' van regisseurs als Paul Thomas Anderson (Magnolia) en Alejandro González Iñárritu (21 Grams; Babel) waarin 'de personages in afzonderlijke werkelijkheden leven die elkaar misschien nooit kruisen maar toch met elkaar verbonden zijn', zoals Jessica Loudis het verwoordde in het Amerikaanse tijdschrift The Nation. Chris de Jong van uitgeverij Koppernik las de Amerikaanse editie en was onder de indruk. Wat zag hij in het boek? 'Ik proefde het in kleine hapjes, nam de losse deeltjes mee in mijn tas, leefde er een tijdje mee en dacht: dit is belangrijk. In de Nocilla-trilogie wordt de veelheid van de wereld op een volstrekt authentieke, versplinterde manier weergegeven. De wervelende verbeelding geeft een soort hoop, hoop dat de wereld toch te beschrijven is.'
De uitgever vroeg Adri Boon om het drieluik te vertalen en dat was, aldus de jury van de Europese Literatuurprijs, 'een ware tour de force (...), want met al die losse fragmenten, citaten, verwijzingen, tekstsoorten in verschillende stijlen (...) moet het een hondsmoeilijke klus zijn geweest'. Het juryrapport jubelt over het resultaat: 'wat een souplesse, wat een beweeglijkheid ook in de vertaling; nergens stokt het, je struikelt niet.'
Boon, die niet alleen uit het Spaans maar ook uit het Catalaans, Portugees en Galicisch vertaalt, heeft een grote staat van dienst. Op zijn palmares heeft hij werk staan van grote en zeer van elkaar verschillende schrijvers als Benito Pérez Galdós, Eça de Queiroz, Fernando Pessoa, Clarice Lispector, Irene Vallejo, César Aira, Isabel Allende, Gabriel García Márquez, Javier Cercas, Mercè Rodoreda en Eduardo Mendoza.
Toch moet de Nocilla-trilogie zelfs voor een doorgewinterde vertaler als hij een grote uitdaging zijn geweest. Wat dacht hij toen hij de opdracht kreeg? 'Ik had gek genoeg nog nooit gehoord van Fernández Mallo toen ik hiervoor werd gevraagd en was verrast toen ik begon te lezen. Dit was een boek dat zich niet meteen gewonnen gaf, maar dat veroverd moest worden. Allesbehalve een 'gewone' roman.' Wel ziet Boon een link met het werk van César Aira, de Argentijnse schrijver van wie hij de afgelopen jaren een aantal romans vertaalde. Fernández Mallo beaamt de verwantschap: 'Het werk van Aira is net als dat van mij geworteld in de experimentele tak van de Latijns-Amerikaanse fantastische literatuur, zoals van Borges en Cortázar, en in de conceptuele kunst, zoals de readymades van Duchamp.'
Fernández Mallo is van oorsprong fysicus en verdiende voordat hij van de pen ging leven zijn brood met het ontwerpen van bestralingstherapieën voor kankerpatiënten. Die bèta-achtergrond laat zich sterk gelden in de Nocilla-trilogie. Was dat een probleem bij het vertalen? 'Nee', aldus Boon. 'Ik heb atheneum-b gedaan en ben altijd geïnteresseerd geweest in de exacte wetenschappen en biologie. Ik vond zowaar zelfs een paar foutjes. Zo staat ergens in Nocilla Dream dat 1 lichtjaar gelijk is aan 9,3 x 1017 cm. Dit moet zijn 9,5 x 1017 - of eigenlijk: 9,46.
'Het was wél even wennen dat de schrijver zijn eigen stem ondergeschikt heeft gemaakt aan het gesamtkunstwerk dat de Nocilla-trilogie is geworden, met name in de eerste tweede delen. Het derde deel, Nocilla Lab, is voor een deel autobiografisch en begint met een zin van zo'n zeventig pagina's. Om die goed te vertalen was een hele klus. Dat heeft deels te maken met de grammaticale structuur van het Spaans. Hoofdzinnen en nevengeschikte zinnen hebben dezelfde volgorde van onderwerp en werkwoord, en werkwoorden vallen nooit uiteen in twee componenten. Daardoor kun je vrij gemakkelijk zinnen uitbreiden zonder dat de leesbaarheid daaronder lijdt.
'In het Nederlands krijg je bij ondergeschikte zinnen te maken met een andere volgorde van onderwerp en werkwoord en vallen werkwoorden vaak uiteen in twee delen: 'hij nam stof af' versus 'dat/terwijl hij stof afnam'. Daarom is het een hele toer om in het Nederlands lange zinnen te maken die ook nog goed te volgen blijven. Ik kon de extreem lange zin van Fernández Mallo - die uiteraard een statement is - natuurlijk niet in stukken knippen en heb het daarom zo veel mogelijk vermeden om werkwoorden te gebruiken die zich in tweeën konden delen en ook moest ik soms een beetje smokkelen met de meest logische volgorde van de zinsdelen in het Nederlands zonder dat dit al te veel opviel.'
Ook opmerkelijk: veel citaten in de oorspronkelijke versie van de trilogie zijn Spaanse vertalingen uit het Engels. Neem het fragment uit het script van Francis Ford Coppola's film Apocalypse Now, dat wordt herhaald en dan telkens een stukje langer wordt. Boon heeft die passages niet in het Nederlands vertaald maar 'gereset' naar de oorspronkelijke tekst, zoals hij het uitdrukt. 'Wij zijn eraan gewend om die film in het Engels te horen, in Spanje worden buitenlandse films nagesynchroniseerd.'
Dan de titel. 'Nocilla' is zoiets als Nutella in het Nederlands. Hazelnootpasta dus. Waarom heeft Boon dit dan toch niet zo vertaald? 'Fernández Mallo verwijst in zijn trilogie naar het nummer Nocilla ¡Qué Merendilla! ('Nocilla, voor een heerlijk tussendoortje!') van de Spaanse punkrockgroep Siniestro Total. Nocilla zelf staat bovendien symbool voor het moderne, postfranquistische Spanje, waarin je geen olijfolie meer op je brood smeert maar Nocilla, een industrieel product. Die associaties zou je verliezen als je Nutella zou gebruiken.'
Fernández Mallo haakt hierop in: 'Waarom geen verklarende noot? Het valt me ook in de andere vertalingen van de Nocilla-trilogie op dat de vertalers zelden of nooit noten toevoegen.' Boon houdt niet zo van noten in een vertaling: 'Die leiden af van de fictionele wereld die een roman oproept. Een verklarende woordenlijst aan het einde van het boek zou eventueel wel kunnen.'
Heeft de vertaler nauw samengewerkt met de schrijver? Boon: 'Nee. Ik deed wat ik meestal doe als ik iets van een nog levende schrijver vertaal. Pas als ik min of meer klaar ben stuur ik een lijstje met vragen. Bijvoorbeeld over het gebruik van 'diámetro' in de beschrijving van een pijpleiding. Met mijn atheneum-b-geest associeer ik dat woord met de doorsnede van de leiding. Maar 6 meter, dat is wel heel veel. Agustín snapte het probleem niet, maar uit wat hij antwoordde begreep ik opeens dat die 6 meter sloeg op de breedte van het tracé waarover die pijpleiding liep. Ik zou het in dit verband - een rechthoekig vlak - nooit over 'diameter' hebben maar over 'breedte'.'
Uit de correspondentie tussen Boon en Fernández Mallo blijkt dat de schrijver niet over de schouders van de vertaler mee probeert te kijken maar zijn vertolker vertrouwt en alle vrijheid laat. 'Een vertaling wordt altijd iets anders dan het origineel', licht hij toe. 'Er gaan dingen verloren en er komen dingen bij. Ik weet daarom zeker dat Adri een andere roman heeft geschreven dan ik. Misschien is die van hem wel beter dan die van mij.'
Uit het Spaans vertaald door Adri Boon. Koppernik; 560 pagina's; € 29,90.
CROSSING BORDER
De Europese Literatuurprijs wordt op 5 november uitgereikt tijdens muziek- en literatuurfestival Crossing Border in Den Haag. Het festival is van 2 t/m 6 november en ontvangt, naast Agustín Fernández Mallo en Adri Boon, vermaarde internationale schrijvers als Leïla Slimani, Mohamed Mbougar Sarr, Andrej Koerkov, Nino Haratischwili, Raynor Winn en Damon Galgut. Zie crossingborder.nl.
Verberg tekst